donderdag 23 mei 2013

The Botanic Garden of Brussels

 




The Botanic Garden of Brussels (1826-1912): Reflections of a Changing Nation

D. Diagre-Vanderpelen

 

Een collectorsitem met  authentieke prenten om je vingertoppen over te laten glijden.

Even helder zijn, het boek behandelt DE plantentuin, ronduit uniek. Gelegen in de (langgerekte) schaduw van het atomium, met zijn fabuleuze serrecomplex als publiekstrekker. Je vindt er meer dan 18.000 plantensoorten. Het oorspronkelijke gebouw op de originele site wordt veelal “Bota” genoemd, het koosnaampje voor het culturele centrum van de Franstalige gemeenschap, het sierlijke gebouw met tuin, centraal in Brussel, net aan de rand van de vijfhoek. Argeloze toeristen worden er, misleid door een taxichauffeur, gedropt, stadskuieraars vinden verpozing in de tuin, journalisten ervaren het als een heerlijk plekje voor interviews, en gedreven cultuurzoekers vinden er dans, theater, concerten, … De Nationale Plantentuin vond inmiddels onderdak in Meise.

Vrijdag 7 december 2012 vergaderden de ministerraad van de Vlaamse en de Franse gemeenschap samen in Namen. Hét opvallendste besluit was zonder twijfel dat de plantentuin van Meise wordt toevertrouwd aan Vlaanderen. Het was al eens afgesproken, in 2001, en opgenomen in de Lambertmontakkoorden, maar het was wachten op uitvoering. Belangrijkste hinderpaal was het taalkader van het personeel, belangrijkste resultaat is dat er een gesprekspartner is. Iedereen wenst uiteraard dat de waardevolle en beroemde collectie intact blijft, maar inspanningen zijn vereist. Vooral de lamentabele toestand van sommige serres is zorgwekkend.

Wellicht hing het akkoord al een poos ‘in de lucht’, want bij het begin van de herfst pakte de Nationale Plantentuin uit met “er groeit iets in Meise”. Niet enkel qua tijdstip een doordenker. Er werd een boek voorgesteld over de historiek, eerst in het Engels, inmiddels volgde een versie in het Frans. Een Nederlandstalige uitgave is niet voorzien.

Denis Diagre-Vanderpelen werkt als onderzoeker en archivaris bij de Nationale Plantentuin van België. Zes jaar geleden behaalde hij een doctoraat met een historisch onderzoek over de Nationale Plantentuin, op de originele site, hartje Brussel. De titel is deels misleidend. In de titel werd uitdrukkelijk 1912 vermeld, in het boek werd een deel toegevoegd over de historiek na 1912. De Nationale Plantentuin heeft een uitstekend archief, waar kon worden uit geput.  

De Nationale Plantentuin startte als droom van de sociale elite van de negentiende eeuw en bevatte drie elementen: grote serre, mooie tuin en exotische planten. Napoleon was nog maar net buiten, en er werd gestart, kort voor de onafhankelijkheid van België. Leuk aan het boek is zonder twijfel de aandacht voor de context, hoe zit de maatschappij in elkaar en welke invloed heeft dit op de Nationale Plantentuin. De tekst heeft een intense aandacht voor detail, zonder het globale beeld uit het oog te verliezen. Vergis je niet, er staat héél veel informatie in het boek. Opvallend is dat het harken naar geld en het zoeken naar zekerheden de hele geschiedenis hebben gespeeld. Iets vertellen over een Belgisch kroonjuweel (inmiddels toevertrouwd aan Vlaanderen), gesteund door vorst, staat en bourgeoisie, zonder een uitstap naar Congo, is niet mogelijk, zeker niet als planten het object zijn.

Als je van vluggertjes houdt, biedt het boek een rijke collectie van prenten, gaande van orchideeën, plannen, plantenverzamelaars, namenlijsten, portretten, een plantencatalogus, plantenlijsten van verzamelaars, ingehuurd door de Belgische staat, een uittreksel uit de kaart van Vandermaelen (1844) met de Zenne als kronkelende, open rivier doorheen Brussel, … Om te illustreren hoe mooi zo’n prenten zijn, vooral als ze origineel zijn, werd op de cover (zowel voor- als achterzijde) een prent gebruikt met een bruine vlek op. Lef van de uitgever, en sporadisch vertwijfeling bij de lezer.

https://shopbotanicgarden.be/The-botanic-garden-of-Brussels-(1826-1912)-p-31-c-21_50.html#fp