vrijdag 11 oktober 2019

De energiebijbel

Peter Slaets en Grégory Mees

 


Een veelbelovend kijkboek voor (ver)bouwers. Op je hoede zijn, is een voordeel.

Een bijbel wordt veelvuldig gevolgd door gelovigen, regelmatig geraadpleegd door ongelovigen. Zij die een ander geloof belijden, dromen, al of niet hardnekkig, van een brandstapel. Wat bevat dan een energiebijbel? De site van at home publishers geeft deels een antwoord. Er zijn nog bijbels, eentje voor binnen, eentje voor buiten, binnenkort eentje voor in de tuin, …, en verder buitengewone boeken, projectboeken.

De energiebijbel is erg klantgericht, een belangrijk voordeel. De informatie is overzichtelijk en behandelt vele onderwerpen, zowel belangrijke structurele elementen (isolatie bij een trits verschillende dakvormen in diverse uitvoeringen, fotovoltaïsche zonnepanelen, …) als niet-structurele zoals spaarlampen en sluipverbruik. Terecht, want een (ver)bouwer wordt geacht alle onderwerpen vooraf te overdenken, al of niet gesteund of geleid door deskundigen. Bovendien vind je in het boek duidelijke foto’s van alle activiteiten (‘men at work’), meestal ook van het (eind)resultaat. Soms wel wat ongelukkig als je één kerel 25 pagina’s verder in het boek opnieuw ziet opduiken, zelfde outfit, zelfde handelingen, zelfde materiaal, zelfde merk, maar andere rubriek, …

Nadeel, het boek is snel gedateerd. De technologische ontwikkeling staat immers niet stil en de wetgeving volgt gezwind. Wat tien jaar geleden “energiezuinig” was, is vandaag “gewoontjes”. De tekst is toegankelijk en beschrijvend. Wat beter tot uiting zou kunnen komen, is het toetskader. Een voorbeeld: je vindt een mooie beschrijving over “hellend dak – isolatie langs binnen” en “hellend dak – isolatie langs buiten”. De beschrijvingen zijn prima, maar je zou kunnen verwachten dat er éénduidige criteria worden aangereikt om keuzen te maken. Nee dus. Je vindt enkele foto’s van beide situaties. Voor “hellend dak – isolatie langs binnen” wordt de geïnteresseerde lezer te gemakkelijk naar één bedrijf verwezen, inclusief alle coördinaten.

Idem met de isolatiematerialen. Er wordt een tiental genoemd, met lambda-waarden en enkele eigenschappen worden aangegeven. Maar wat kies je en waarom?  Wat zijn de criteria die een (ver)bouwer kan hanteren om te kiezen? Het boek heeft dan wel een brugfunctie tussen theorie en praktijk maar in de eerste plaats is de aangereikte brug wankel en ontbreken er vloerplanken, en bovendien wordt er te gemakkelijk naar één of enkele producent(en)/verkoper(s) doorverwezen. Is dit te betalen reclame? Nee, daarvoor is het concept te goed, de inhoud te ruim en te omvattend. Maar, de onzorgvuldige invulling van de brugfunctie tussen inhoud en praktijk en de exclusieve verwijzingen naar een beperkt aantal bedrijven geeft een stevige deuk aan de kwaliteit van het boek.

http://www.lannoo.be/de-energiebijbel

1/2015, geredacteerd

donderdag 3 oktober 2019

Natuur in de uitverkoop






Schaminée e.a.

Relevante beschouwingen, waarbij het grote verhaal zich veeleer op de achtergrond bevindt. 

“Natuur in de uitverkoop?” is een ronkende titel die verwachtingen opwekt, maar niet alle vragen worden ingelost. De aanpak is lovenswaardig. De universiteiten van Nijmegen en Wageningen werken samen rond de Westhoff-leerstoel, en Westhoff is en blijft natuurlijk een naam die bij alle plantkundigen spontaan een stille, diepe buiging ontlokt. Sinds 2010 werken ze in dit kader ook samen met de Hogeschool Van Hall Larenstein. Wat voor ligt, is het vijfde boek in de reeks ‘vegetatiekundige monografieën”.  Lovenswaardig is dat de opleidingscentra studenten de mogelijkheid bieden te publiceren. Ze doen het samen met een erudiet collega, werken samen aan één product, worden intens begeleid , …Een leuk concept, en gedeelde verantwoordelijkheid is “niet-alledaags” in de wereld van de “ik”- cultuur.

Hoofdstuk 1 en 2 zijn boeiend. Hoofdstuk 1 bevat een algemeen verhaal over de relatie tussen economie en ecologie, hoofdstuk 2 vertelt het verhaal van Natura 2000.  Daarna volgen vijf aparte stukjes tekst, weliswaar “aan elkaar geschreven” in de inleiding, over natuurcompensatie, geschiedenis van de landbouw en waardering van natuur en landschap, groene havens, wat kost een korenbloem, en tot slot de ecosysteemdiensten van waterplanten. De teksten zijn alle erg informatief, zakelijk, mooie historische overzichten, onderbouwd met het nodige onderzoek en  litteratuurverwijzingen, … Je kan moeilijk anders verwachten omwille van de context. Kennisoverdracht staat in die omgeving immers centraal. Maar, ondanks de mooie inleiding, na hoofdstuk 2 hadden ook vijf andere hoofdstukken kunnen volgen. Het zijn en blijven dus beschouwingen, veeleer fragmentarisch. Ter aanvulling, in het gekozen voorbeeld kost een korenbloem 0,1 euro. Het hoofdstuk is, net als de andere vijf, een voorbeeld, die een beschouwing aanreiken bij de titel. Vele andere beschouwingen zijn ook mogelijk.

De vorm van het boek wekt de indruk dat het een paperback is, zwart-wit, kleine foto’s, soms moeilijk leesbare tabellen (onderling verschillende lay out !), een inhoudstafel die niet volledig afgestemd werd op de tekst, … Kortom, KNNV heeft aantrekkelijkere uitgaven op de markt gebracht.

Natuur in de uitverkoop? Beschouwingen over ecologie en economie, red. Schaminée, J, Janssen, J., Van der Heijde, M, ISBN 978 9050 11 4820, KNNV, Zeist, 2013, 161 pagina’s, 22,95 euro.


februari 2014, aangepast oktober 2019

dinsdag 1 oktober 2019

De soortenstorm





G. Jagers op Akkerhuis


Een klein boekje, in vlot Nederlands, een heldere gedachtelijn, en schijnbaar opmerkelijke stellingen. Het dwingt  de lezer tot nadenken.


“Ecosystemen horen niet thuis in een definitie van biodiversiteit”. Meer moet dat niet zijn. Een schijnbaar onnozel zinnetje. Of moeten we toch even nadenken?  Biodiversiteit is een term die velen in de mond nemen, en we lezen en horen er dan ook voortdurend over. En bij biodiversiteit denken we bv. aan een hoge verscheidenheid en kwaliteit van natuur, aan een rijkelijke en weelderige natuur, aan een ongedwongen en weinig gelimiteerde natuur, aan ecosysteemdiensten (een begrip dat je geacht wordt te gebruiken als je het nut van biodiversiteit wil staven), aan een hoog aantal ecosystemen, aan … Maar is dit juist? Gerard Jagers op Akkerhuis denkt er anders over. Hij schreef er een boek over. Het boek is het resultaat van een onderzoek betaald door de Nederlandse overheid (Ministerie van Economische zaken, Landbouw en Innovatie), uitgevoerd aan de Universiteit van Wageningen (Alterra).


Het begrip soort is een taxonomische abstractie. Alle individuen van een soort noemt Gerard Jagers op Akkerhuis een soortpopulatie. Het begrip soort en soortpopulatie sluit niet aan bij processen in ecosystemen. Processen in ecosystemen gaan over individuen, niet over een soort. Geen enkele individuele paddenstoel bijvoorbeeld is er zich bewust van dat de mens hem/haar heeft ingedeeld bij een bepaalde paddenstoelensoort. Alles wat zich afspeelt in ecosystemen, gaat om activiteiten bij/door/over/voor individuen, nooit om soorten. Zo kan een jager bijvoorbeeld een damhert schieten, maar niet de soort damhert. Dus, ecosystemen horen niet thuis in een definitie van biodiversiteit.  Dat is, zeer bondig, één van de vele éénduidige redeneringen van de auteur.   


Om biodiversiteit goed in beeld te brengen, worden vragen gesteld. Nut? Evolutie? Wat is leven?  En nog veel meer. Nog veel leuker zijn de droge antwoorden. Intussen neemt hij je op sleeptouw met entropie, vrijheidsgraden, chaos, definities, behoeftebevrediging, ordening, complexiteitsniveaus, ordening, … om duidelijk te maken dat de bescherming van de biodiversiteit ook om het beschermen van de mensheid gaat. Een zonder twijfel zinvol onderzoek, en een boeiend boek. 


De soortenstorm, het nut van biodiversiteit in evolutionair perspectief, G. Jagers op Akkerhuis, ISBN 978 90 5011 435 6, Zeist, KNNV Uitgeverij, 2012, 120 p., 14,95 euro.


https://knnvuitgeverij.nl/artikel/de-soortenstorm.html


december 2012, aangepast oktober 2019