dinsdag 17 juli 2018

30 jaar ovam

30 jaar ovam, de openbare Vlaamse afvalstoffenmaatschappij in historisch perspectief





Torsten Feys

Een boek dat deel uitmaakt van een digitale tentoonstelling. Een uitdaging om ouder materiaal toegankelijker te maken.

Het boek is niet enkel een boek. Er is een website met virtuele tentoonstellingen en het boek bevat tal van barcodes om de lezer te prikkelen de virtuele expositie te bezoeken. De OVAM ging in zee met het IPG, het Instituut voor Publieksgerichte geschiedenis. Het IPG wil via onderwijs en onderzoek publieksgeschiedenis een plaats geven in de academische opleiding van historici. Aan het OVAM-project werkten onderzoekers en studenten samen met digital history. Het gebruik van de digitale dragers voor de presentatie van de onderzoeksresultaten draagt er (wellicht) toe bij dat vooral jongeren informatie opnemen uit een periode die ze als “historisch” ervaren. En toch, het is maar 30 jaar.  Het wordt niet expliciet vermeld maar wellicht is het boek vooral bedoeld voor mensen die de volledige OVAM-geschiedenis hebben meegemaakt. Een bespreking van enkel het boek is dus onvolledig en ondoelmatig.

Voor het boek werd niet enkel gebruik gemaakt van het OVAM-archief maar vooral van het archief van AMSAB-ISG, het erfgoedcentrum voor sociaal, humanitair en ecologisch geëngageerde bewegingen. Een noodzaak om een helder beeld te kunnen opbouwen van de (recente) ecologische geschiedenis. Het was immers niet de bedoeling om een zakelijk relaas te brengen over de OVAM, maar wel de ecologische geschiedenis, met telkens de rol van de OVAM hierin. Bovendien werd gekozen voor een veeleer menselijke aanpak: tussen de rotzooi, van onder het afval, van op een vervuilde of gesaneerde bodem, van uit de woning van een getergde of opgeluchte familie, …  Dus geen veeleer academisch verhalen van plannen, organisaties, diplomatisch geformuleerde beleidsverklaringen, enz. Juist daarom werd voor de digitale aanpak en het IPG gekozen.

In het boek wordt aandacht besteed aan de oprichting van OVAM en INDAVER, de staatshervorming(en), de MINA-planning, … Ook de opmerkelijke dossiers, meestal bekend onder de plaatsnaam zoals Hoboken, Rupelstreek, Mellery, … of andere zoals de milieubox, de ISVAG-oven, … komen aan bod.  Aan de hand van die concrete dossiers worden telkens ontwikkelingen geschetst. De tentoonstelling biedt talrijke interviews, reportages, en andere oude(re) informatie, zoals affiches. Vooral de selectie van die fragmenten was uitermate belangrijk. Achteraf is het makkelijk om een bepaalde situatie te duiden, in het heetst van de strijd is dat meestal minder eenvoudig.

Een uitgave van Academia Press,sinds 2015 deel van lanno.

https://www.academiapress.be/fr

Niet meer beschikbaar bij de uitgever.

tekst 2012, geredacteerd

woensdag 4 juli 2018

Limburg in negen vragen

Stijn Knuts, Jonas Raats, Karel Strobbe, Hannelore Vandebroek, Peter Van der Hallen


Een historisch boek met een actuele boodschap. Het centrale begrip? “Limburg”.






Geschiedenislessen zitten veelal in mijn geheugen als saai en vervelend, als chaotische stapels gegevens, als rommelhokken in tijd en ruimte. Gevolg, geschiedenis studeren was schijnbaar afzonderlijke gegevens in je geheugen rammen en je tijdens het examen gedragen als een kruising tussen een papegeaai en een lama. Gegevens spuwen. Tien bereiken en succes verzekerd. Het provinciebestuur van Limburg presenteert een geschiedenisboek, en wat voor één.  De cover is intrigerend, een man stappend over een trap, nabij een splitsing. Resoluut, geen spatje twijfel zichtbaar, geen enkele indicatie van de richting die hij zal nemen. Belangrijker, in beide situaties bereikt hij snel de top. Althans dat verwacht je, maar hij is er net niet, nog niet.

Hoe maak je een boeiend geschiedenisboek? Door verhalen te vertellen, zo eenvoudig is dat. Wellicht hebben de auteurs de bestseller van Daniël Kahneman, “ons feilbare denken”, onder hun hoofdkussen gelegd. Zonder het te vertellen, gaan ze uit van hoe ons brein werkt, en op basis maken ze een beklijvend geschiedenisboek met een boodschap. Hoe doe je dat? Ten eerste vertrek je van eenvoudige, bevattelijke, maar intrigerende vragen, negen vragen, en die plaats je in de juiste volgorde. Achterliggend ontrolt zich een verhaal dat van de Romeinen naadloos naar de Limburgse steenkool rolt. Het is, uiteraard niet strikt chronologisch (want dan kom je weer bij de gestapelde feiten terecht), het zijn wel op elkaar volgende verhalen, verhalen waarvan het ene al wat dieper in het vorige tijdvak graaft dan het volgende. Omdat enkel en alleen historie vervelend kan zijn voor ons brein, wordt er context aangereikt, telkens volgens een vast stramien, en met korte tekststukken en/of beelden, en telkens over drie onderwerpen. Verbanden worden aangereikt, gedachten worden verbonden, het historische verhaal krijgt diepgang. Telkens wordt er aandacht besteed aan Limburg in de wereld, aan een monument, en aan Limburgerwereldburger.

En dan sluiten, boeken dicht? Nee hoor. In het hele boek staat Limburg centraal. En doorheen de geschiedenis zijn er diverse bestuursvormen geweest, maar telkens was Limburg en de Limburgers één.  In deel 3 wordt de vraag gesteld waarom Limburg zo veel steden heeft. Eén derde van de gemeenten mag immers die officiële naam dragen.  En dan volgt een verhaal over stadsrechten, titels, muren, gevechten, erkenningen, … Het sluitstuk lees je onder de titel “hedendaags”, een ronkende pleidooi voor Stad Limburg, vanuit de idee “samen”. Een intens pleidooi voor “samen sterker, meer en beter”.  

Een verhalend geschiedenisboek met niet enkel een toekomstperspectief, maar vooral met oog voor de toekomst. Zelden gezien.