donderdag 5 september 2019

De mens als god





De mens als god 

Mark Lynas




De mens als God, en Mark Lynas als messias? Een befaamd auteur maakt duidelijke keuzen, en strijdt met open vizier voor het overleven van de wereld. Hij heeft een weinig gebruikelijke kijk op de mondiale milieuproblematiek. Zijn invalshoek is een uitdaging, zeker als je van hersengymastiek houdt.

 
In 2008 publiceerde Mark Lynas met zijn “Zes graden” het volgens de Royal Society in Engeland beste wetenschapsboek van dat jaar. Zes graden slaat op een voorspelling van de (vermoedelijke) stijging van de aardtemperatuur door de klimaatopwarming. Door velen werd voortdurend gezegd dat men de opwarming kon beperken tot twee graden, maar, na de klimaattop van Durban is dat een scenario dat weinigen nog haalbaar achten. Lynas gaat echter bewust vele stappen verder. Hij is zonder discussie invloedrijk en schrijft 'baanbrekend populair'. In het boek vertelt hij wat de gevolgen zijn van de aardopwarming, graad per graad.

Omdat mensen volgens Lynas te weinig beseffen hoeveel er op het spel staat, wilde hij met het boek twee elementen aan de discussie toevoegen. Ten eerste wilde hij onderstrepen hoe groot het belang van de biodiversiteit is en hoe deze bedreigd wordt door de klimaatopwarming. Ten tweede wilde hij de klimaatopwarming in een breder geologisch perspectief plaatsen.

In 2011 publiceerde hij een boek met als titel “de mens als God, hoe de aarde het Antropoceen kan doorstaan”. De keuze voor de titel was voor hem eenvoudig. “We zijn ontstellend, fenomenaal onwetend. Alsof God blind en doofstom is, zo blunderen we maar door, zonder kennelijk enig besef of begrip van onze vermogens.” Juist daarom stelt Lynas dat de natuur ons niet meer in de hand kan houden en dus moeten we het zelf doen.

Een opmerkelijk boek, en vooral, intellectueel een uitdagend boek. Het boek is deels het relaas van de eerste wetenschappelijke workshop over planetaire grenzen, georganiseerd in het kader van het Tällberg Forum in Zweden. Verder heeft hij continu kunnen putten uit de Radcliffe Science Library. Lynas was uitgenodigd om samen met een groep wetenschappers in besloten kring te discussiëren over het begrip ‘planetaire grenzen’, een term die werd bedacht door Johan Rockström, directeur van het Stockholm Resilience Centre. De wetenschappers, volgens Lynas allemaal wereldwijd erkende experts, wilden bepalen welke delen van het systeem aarde het meest beïnvloed worden door de mens en wat op die onderdelen de daarbij behorende limieten van de menselijke activiteit zouden zijn. Bedoeling was om de ruimte af te bakenen in het systeem aarde waarbinnen de mens veilig kan opereren en zich tot in het oneindige kan ontplooien in welke richting hij maar wil.
Lynas maakte de afspraak met de wetenschappers dat hij, als schrijver en milieuactivist, moest doen wat de wetenschappers niet konden, namelijk de wetenschappelijke kennis bekendmaken aan het grote publiek. Juist daarom hadden de wetenschappers hem uitgenodigd.

Lynas vindt, net als de wetenschappers, dat op korte tot middellange termijn de ecologische limieten geen beperkingen hoeven te zijn voor de numerieke groei van de soort “mens”, noch voor de economische activiteiten. Zoals de expertengroep schreef: ”zolang de drempels niet worden overschreden, heeft de mensheid de vrijheid om sociale en economische ontwikkeling op lange termijn na te streven”. De wereldwijde beschaving kan onbeperkt blijven bloeien binnen de ‘veilige bewegingsruimte” die de planetaire grenzen stellen.

De mensheid heeft drie van de negen planetaire grenzen, biodiversiteit, klimaat en stikstof, overschreden. De eerdere overschrijding van een vierde grens, de ozonlaag, werd succesvol hersteld. Het overschrijden van de verzuringsgrens, de landgebruiksgrens en de zoetwatergrens zijn (nog steeds) te vermijden. Lynas hoopt dat we de grenzen kunnen eerbiedigen en dat we voor de drie eerste grenzen kunnen terugkeren naar de veiligheidszone. De andere twee planetaire grenzen zijn de gifgrens en de aerosolgrens.

Lynas heeft een eigen mening, onderbouwt ze, maakt ze bekend, vecht er voor, probeert ze te realiseren, en spaart niemand in zijn strijd voor zijn gelijk. Bovendien doet hij dit ongecompliceerd en helder. Tekstblokken zoals “ik vind dat” komen veelvuldig voor. Ongegeneerd stelt hij bv. “ik vind vaak dat rechtse mensen die waarheid het best onder woorden brengen. Matt Ridley, de ‘rationele optimist’ zoals hij zichzelf noemt, …”. Voordeel is dat Lynas geen gevoelige onderwerpen uit de weg gaat en duidelijke uitspraken doet over geboortebeperking (hij vindt dit niet relevant, je moet uitgaan van de planetaire grenzen). Soms kan hij écht niet verbergen dat hij zichzelf hoog inschat. 

Hij zet zijn vaardigheden in als schrijver, en werkt deeltijds als adviseur voor Mohamed Nasheed, president van de Malediven, een land dat niet enkel intens bedreigd is door klimaatverandering, maar ook opmerkelijke maatregelen neemt, én er mee in beeld loopt. Op die manier belandde hij, ongepland, in het heetst van de politieke strijd in Kopenhagen, in het ultieme slotoverleg van een twintigtal politieke wereldleiders. De volledige top zat aan tafel, behalve de Chinese president. De hooggeplaatste ambtenaar had als enig doel een concreet akkoord voorkomen. Hij slaagde vakkundig in zijn opzet. Lynas wijdt enkele pagina’s aan dit overleg, en hoewel hij niet exact zegt hoe de gesprekken liepen, duidt hij precies de posities, de standpunten en de beslissingen.    

Opmerkelijk in het boek is zijn relatie met de milieubeweging. Voortdurend goochelt hij met cijfers, en relaties tussen gebeurtenissen, maar, zijn relatie met de milieubeweging (de groenen, milieuactivisten, klimaatactivisten) is intens emotioneel, meestal negatief.  Lynas verhult niet dat hij een tiental jaar geleden ook deelnam aan de strijd tegen genetisch gemodifieerde planten, een strijd die hij nu (onderbouwd) veroordeelt. En hij is tegen de nacht van de duisternis, tegen het lager zetten van de thermostaat (en DikkeTruienDag), en vóór kernenergie, in evenwicht met andere energievormen die geen koolstofuitstoot veroorzaken. Over Fukoshima praat hij in termen van “overdreven berichtgeving”, “irrationele kijk op”, …

Ronduit een merkwaardig boek. De auteur stelt dat het gaat over science, maar, de beslotenheid van het overleg neigt naar scientology, de inhoud naar sciencefiction. Immers, toch niet elke wetenschapper sluit zich op? Toch niet elke wetenschapper staat dagelijks in de krant? Dat een groep wetenschappers van het kaliber van Johan Rockström hun kennis niet weten te vermarkten en daarom bij Lynas moeten aankloppen, is merkwaardig. Of waren er misschien nog andere auteurs betrokken in dit proces? Daarover wordt in dit boek met geen woord gerept. Bovendien engageren de wetenschappers een schrijver die doodleuk in het boek schrijft dat hij het niet begreep, tot hij, tijdens het douchen, in een flits het idee vatte. Merkwaardig. Een schrijver die van zichzelf zegt dat hij milieuactivist is, maar erg inhakt op kernenergietegenstanders, en de ramp van Fukushima gebruikt om zijn keuze te bevestigen en te verstevigen. Merkwaardig. Een groep wetenschappers die bewust kiest voor een schrijver die het vooraf niet begrijpt. Merkwaardig. Een groep (milieu) wetenschappers die kiest voor een fanatiek verdediger van kernenergie. Merkwaardig.

Maar, aan de andere zijde, boeiend om eenzelfde probleem (mondiale milieuproblemen) op een andere manier te zien doorlichten. Lynas start dus niet vanuit de milieuproblemen zoals bv. teveel auto’s, teveel energiegebruik,  … Hij negeert de druk op het milieu als uitgangspunt en stelt dat de Club van Rome het niet bij het rechte eind had. Hij vertrekt dus niet met het drieluik “onttrekking, toevoeging en wijziging van structuur”, gelinkt aan ruimte en schaal. Ook gaat hij niet uit van de idee dat een milieuprobleem gekenmerkt wordt door een afwentelingsmechanisme in ruimte en/of tijd, met kernenergie als frappantste voorbeeld. Eén van de vragen is of Lynas invalshoek wel volledig is? Uitgaand van zijn idee zijn er maar negen grenzen. Maar, wat als je een tiende overschrijdt, net diegene waar hij geen rekening mee houdt? En de relaties tussen de grenzen? En de impact van …

Het is aangenaam om zien en lezen hoe strijdvaardig hij is (“doemprofeten kunnen overtuigend zijn, maar hun raad leidt tot waanhoop”), maar, zeggen anderen niet “kennis helpt”? En, vooral, volledigheid kan behulpzaam zijn. Lynas predikt dat we dom zijn, maar weet hij alles? Weet hij voldoende? Waar haalt hij die zekerheid? Waarom zijn wij dom en Lynas niet? Domme vraag?

De mens als god, hoe de aarde het Antropoceen kan doorstaan, M. Lynas, isbn 978 1 57687 560 5, 2011, uitgeverij Jan van Arkel, Utrecht, 299 p.

https://www.epo.be/nl/milieu-ecologie/126-De-mens-als-god-9789062245109.html

januari 2012, aangepast september 2019