Sigrid Spruyt
Een dagboek van een lokale ijsbeer,
kijkend naar het mondiale klimaatverhaal.
De titel is helder. Het is een dagboek, een uitgesponnen dagboek van een
mevrouw op middelbare leeftijd (“een vrouw die ze binnenkort alle vijf zal
hebben”) die haar leven, grotendeels, deelt. En dus lees je tussendoor ook over
haar kinderen, haar mannen, haar ouders, haar buren, haar vrienden, haar
kennissenkring, …Ze heeft ervaring met het format. Ongeveer in het midden van
het boek vertelt ze over de publicatie van haar vorige dagboek, “dagboek van
een anker”. Sigrid Spruyt is immers “ex-VRT-medewerker in beeld”.
Sigrid wordt een ijsbeer. En dat doet ze stap voor stap. Elke week een
verhaal, elke week een beschrijving van het weer, de temperatuur van de
buitenlucht, de temperatuur van het water, de plons, en de louter fysieke
gevolgen. Maar ook de babbels met clubgenoten, de andere ijsberen, de bijna
rituele taart met slagroom, de opwarming vooraf en de douche achteraf. Het is
geen droog verhaal, uiteraard niet. Je fietst mee, wandelt, loopt en plonst, je
bezoekt een sauna en je gaat mee naar de bakker. Haar leven als ijsbeer kent
een lange voorgeschiedenis als gedreven zwemster. Aan het warme zwemwater voegt
ze de koude van het openluchtwater toe.
Naast haar wekelijkse ervaringen neemt ze je mee op pad doorheen
Antwerpen. Je fietst mee door de Driekoningenstraat, langs de autosnelweg,
tussen de groentewinkels door, langs de Schelde, langs de terrassen,
intrigerende woningen, … Gelijktijdig verhaalt ze over de lekkerste marsepein,
vroegere bewoners, eerdere zwempartijen, afgebroken zwembaden,
… Haar verhaal krijgt op die manier een ruimtelijk beeld én
een historische toets. Je fietst mee, van gisteren naar morgen. Ook duikelt ze
met enthousiasme in de clubgeschiedenis. Tussendoor vertelt ze honderduit over
clubkleuren, het vaandel, het clublokaal, polsbandjes, borduursel op
sweaters, en ga zo maar door. En ze documenteert het ontstaan van de
club en haar levenswandel. Geleidelijk krijgt in het dagboek de club een
gezicht.
Ze neemt je ook mee in haar gedachten, en documenteert dat nauwgezet. Je
belandt in een film, je gaat me naar theater, je beluistert muziek, je vertoeft
in een concert, of je leest mee in een boek. En het is niet zomaar, “een” film
of “een” boek, ze vertelt welke film en welk boek, welke gedachten spelen, en
hoe dat haar op dit ogenblik raakt en/of beïnvloedt. Gelukkig vertelt ze
tussendoor ook hoe ze enthousiast naar het voetbal gaat. Wekelijks als trouwe,
bijna fanatieke supporter. Op die manier wordt haar dagboek persoonlijker, en
vooral geloofwaardiger. Zeker ook als ze beschrijft hoe haar beer Melchior,
haar knuffelijsbeertje, getooid met een paarse Beerschotsjaal, naast haar zit
in de trein naar de kust, samen op weg naar een ijsberenweekend. Maar, ze wekt
ook de indruk dat ze graag uitpakt met haar niet-afgelijnd netwerk van bekende
en semi-bekende Vlamingen. Uitgerekend die mensen dragen bij tot de erkenning
die ze zoekt. Speelde haar naam en bekendheid een prominente rol bij uitgever
om het boek op de markt te brengen? Een gedachte die nooit helemaal naar de
achtergrond ebt.
Het boek is een dagboek, en vertelt dus vele details. Week na week na
week lees je of het miezert of niet, hoe haar koffie smaakt, hoeveel seconden
ze in het water zit, welk lichaamsdeel pijn doet, en wat voor soort pijn, enz.
Op die manier bouwt ze zelf de spanning in het verhaal af, en wordt het
voorspelbaar. Of nog, ze verlangt van een lezer dezelfde volhardendheid die ze
van zichzelf vraagt. Blijkbaar beseft ze onvoldoende dat een boek snel is
dichtgeklapt en weggelegd.
Gelijktijdig vertelt ze ook hoe ze in het leven staat, hoe ze streeft
naar een eenheid tussen geest en lichaam, hoe ze verafschuwt dat velen het
leven verwarren met snelheid, hoe het consumentisme ons leven bepaalt, hoe we
afhankelijk zijn van techniek, hoe we onszelf moeten ervaren zoals we zijn, hoe
we best kiezen voor een positief zelfbeeld, hoe we ons moeten toeleggen op wat
is en niet op wat niet is. “Verdriet verdrinkt in het water. Verlies ook”.
Naast haar eigen, “kleine” ijsbeerverhaal vertelt ze ook het
klimaatverhaal, het grotere ijsbeerverhaal. Ze is, uiteraard, nog steeds een
volleerde journalist(e). Ze hanteert behendig het scalpel als ze de Antwerpse,
Vlaamse en Belgische politiek analyseert. Uiteraard aan dossierkennis en visie
geen gebrek. Opvallend is dat taal en ritme veranderen. Het
kleine-ijsbeerverhaal is regelmatig keuvelend, hier wordt ze gedreven, en
verbergt ze haar teleurstelling niet. Ze draagt de betogende jongeren een warm
hart toe en neemt deel aan klimaatbetogingen. Ze vertelt over de, soms
vernietigende, rol van de media, hoe die anders omgaan met De Wever (Anuna) en
De Wever (Bart), en laat vooral de oneerlijkheid zien. Ze argumenteert waarom
onze (lokale) politici geen of verkeerde keuzes maken. En, ze hekelt dat
haarfijn. Een oprecht ijsbeer, met brains op de juiste plaats. Vertrouwd zijn
met Antwerpen verhoogt de affiniteit.
Dagboek van een ijsbeer, klimaatverhaal uit Deurne, Spruyt S., 2019,
Houtekiet, Antwerpen/Amsterdam, 21,99 eurro
http://www.houtekiet.be/boeken/p/detail/dagboek-van-een-ijsbeer