donderdag 16 juni 2022

Dorpse architectuur

 Dorpse architectuur



AR-TUR

 

Nieuw in deze rubriek: een recensie van iets wat heel erg lijkt op een boek, maar er geen is. Of toch wel? Het is een “toolbox”, een gereedschapskoffer. Als een vakman een taak uitvoert, heeft hij/zij steevast een grote gereedschapskoffer bij, liefst eentje op wielen. Wat maakt het meeste indruk: een uitpuilende of een sobere gereedschapskist, netjes geordend of veeleer een zootje ongeregeld, met herkenbare of mysterieuze instrumenten? Of toch maar de handige buurman bellen die alles oplost? En wat met onze architectuur en de ruimtelijke planning? Begrijpen we elkaar? Gebruiken vaklui een éénduidige taal? Streven we gelijkaardige doelen na?

Iedereen ziet in elk Vlaams dorp huizen verdwijnen en appartementen verschijnen. Ruim veertig jaar heeft de woningbouw in lange slingers langs de uitvalswegen tot quasi ononderbroken woonlinten gezorgd waarlangs dorpen bijna naadloos in elkaar overgingen. De laatste jaren ondergaan de dorpskernen een merkwaardige metamorfose, de “appartementisering”.  Gevolg is dat er discussies ontstaan over mooi en lelijk, over verschillende functies, modern en oud, over wensen en verlangens, over geslaagde en niet-geslaagde combinaties, over geld, over ongelijkheid … Meestal worden ruimtelijke begrippen door elkaar gebruikt, vervlechten discussies zich in misverstanden, verharden standpunten en verzanden gesprekken. De ruimtelijke kwaliteit komt echter weinig aan bod.

AR-TUR is een platform voor architectuur en ruimte. Het wil volop inzetten op actuele en relevante thema’s. AR-TUR heeft een viertal medewerkers en publiceerde al enkele boeken. AR-TUR vindt dat elk dorp maatwerk verdient. Sinds kort ligt er een boek, beter een toolbox, een toepasselijke vertaling van begrippen uit de architectuur en de ruimtelijke planning. Taal wordt beeld. De kern van het boek is samengebracht op drie pagina’s. Onder de titel “dorpse figuren voor meervoudig wonen” staan 15 verschillende, genummerde schetsen. Elke schets heeft een naam zoals tweelingwonen, rijmaskerade, breedgevelflat, hofwonen, parkwonen en dwarsligger. Onder de titel “tactieken voor dorpse architectuur” staan 25 verschillende genummerde schetsen. Ook hier heeft elke schets een naam: zichtassen vrijlaten, doorprikken met trage wegen, verzachten van eigendomsgrenzen, fietsinclusief ontwerpen, maat houden, daken doen dansen en detailleren op ooghoogte.

Uitermate knap hoe enkele pagina’s schetsen in beeld brengen hoe appartementen wel degelijk in een dorpskern kunnen worden ingepast. Eenvoudige beelden laten een andere praktijk zien. De toolbox bevat een inleiding, de beschrijving van het probleem (de woekerende “appartementisering” van de dorpskernen) en de aanpak van het boek. Aandacht dus voor visie, proces, dialoog en ga zo maar door. Een krachtige inleiding op de gereedschapskist, mét een eenduidige beschrijving van de instrumenten. Het is dus een boek met een toolbox.

Deel 2, ruim 200 pagina’s, behandelt concrete situaties.  Hoewel AR-TUR Kempische roots heeft, vind je voorbeelden (een zestigtal) uit heel Vlaanderen en een tiental projectverhalen. Honderden foto’s, toelichting en vooral een minutieus en consequent gebruik van de begrippen. Op die manier wordt telkens het verschil geduid in kwaliteit. De toolbox is eenvoudig te gebruiken, handig bij de analyse, en vooral handig om potentiële verbeteringen te ontwikkelen. Het consequent gebruik van de toolbox voorkomt dat er naast elkaar wordt gepraat. De schets van een nieuwe woning kan weliswaar op een maagdelijk wit blad, bij de ruimtelijke planning is context cruciaal. Hoe ga je om met een lang perceel? Een blinde gevel? Een ongelukkige oriëntatie? Een dominante buur? Hoe stal je je fiets veilig? Verplichte literatuur voor iedereen die wil bijdragen aan de ruimtelijke planning, vooral aan de eigen nabije omgeving. De toolbox prijkt ook op de site van de Vlaamse bouwmeester. De maatschappelijke discussies over de bouwshift bieden meer dan voldoende aanknopingspunten.

Om de bouwshift te realiseren moeten de woonreservegebieden worden geschrapt. De schrapping is vanuit maatschappelijk oogpunt een noodzaak, maar het is ook delicaat.  77% van de eigenaars van percelen in woonreservegebieden heeft maar één perceel (bron: zie De Tijd 26 februari 2022, Vlaams Planbureau voor Omgeving). Eén perceel betekent ook één kleine spaarpot. Om de bouwshift mogelijk te maken, is er één zekerheid: er volgen nog vele moeilijke gesprekken. Inzicht kan helpen. Trouwens, puike toolbox.

https://ar-tur.be/dossiers/boek-toolbox-dorpse-architectuur

De tekst werd gepubliceerd door BBL op 2 juni 2022

https://www.bondbeterleefmilieu.be/artikel/dorpse-architectuur-ar-tur