maandag 26 juli 2021

De goede voorouder

 


 

Een beknoptere tekst werd gepubliceerd op de site van BBL op 22/07/2021

https://www.bondbeterleefmilieu.be/artikel/6-boeken-voor-je-reiskoffer?utm_source=Mailing+Lijst&utm_medium=email&utm_campaign=Twintigvijftig+210726





Roman Krznaric

Krznaric houdt een pleidooi voor het langetermijndenken in een periode waarin we langer leven maar korter denken. We worden gedomineerd door de “tirannie van het nu” schrijft hij. Een pleidooi steunt op een stevige ratio en wordt regelmatig gevoed door emo. Hij wil hoop bieden in plaats van optimisme.

Krznaric overspant in zijn boek de hele wereldgeschiedenis en –toekomst. Hij speelt voortdurend met ruimte en tijd. Hij stapt bijvoorbeeld spontaan over van terra nullius naar tempus nullis. Hij bekijkt de wereldgeschiedenis zoekt en vindt patronen. Volgens Krznaric is dat niet moeilijk, je moet alleen weten waar te zoeken. Als we nog duizenden generaties willen voortbestaan en gedijen moeten we ophouden ons eigen nest te bevuilen. De oplossing is eenvoudig. Mensen gedijen wanneer ze betekenisvolle doelen voor de toekomst nastreven die hun leven zin en richting geven. Een goede techniek hiervoor is het langetermijndenken. Hij legt uit hoe ons brein werkt en beschrijft een aantal technieken om op lange termijn te denken. Ken je plaats in de geschiedenis, denk over verschillende generaties, wees solidair met alle generaties (voor en achter je), plan in de verre toekomst, denk aan het geheel en geef je leven zin.

Hij biedt een moreel kompas. Hij gaat uit van het “Lange Nu”. “Hoewel het misschien moeilijk is om ons een accurate voorstelling te maken van de wereld van morgen en van de problemen waarvoor de mensheid zal komen te staan, bestaat de cruciale betekenis van de in deze principes uitgedrukte mentaliteit hierin dat we de zwijgende meerderheid van de toekomstige generaties uitdrukkelijk betrekken bij de keuzes die wij nu, als individu of als samenleving, maken. Dit brengt ons ertoe de belangen van de toekomsthouders te respecteren en ervoor te zorgen dat zij rechtvaardig worden behandeld in een wereld waar ze door de bestaande politieke instituties grotendeels genegeerd worden.”

Hij weet waar te zoeken, selecteert en citeert graag. Hij maakt gebruik van de kennis van anderen en valt bijvoorbeeld terug op een antropoloog, een geoloog, een astrofysicus, een natuurkundige, een  aardsysteemwetenschapper, een (klimaat)filosoof, een astronoom, een archeoloog, een milieuhistoricus, maar ook op schrijvers, nobelprijswinnaars, kunstenaars, …, of nog, je ontmoet Hobbes, Locke, Rifkin, Darwin, Wangari Maathai, Kropotkin, Marx, Friedman, Stern, Seneca, Aristoteles, Harari, Diamond, Kimberly Wade, … Krznaric is uitermate belezen en speelt met kennis en beelden. Op één pagina schrijft hij over het oude testament, Confusius, het boedhisme, de Vikingen en de Maori. Van de Maori ontleent hij bijvoorbeeld het begrip “whakapapa”. Leven is iets anders dan oud en lelijk worden, leven gaat over intergenerationele solidariteit, een continue ketting tussen doden, levenden en ongeborenen. Hij verbindt zijn wkapapa-verhaal onder meer met de speech van Greta Thunberg over de intergenerationele diefstal (2018, Klimaatconferentie Katowice). Zijn standpunt verbergt hij écht niet. Je leest over “ecologische blindheid”, “dodelijke technologieën”, hij omschrijft de toekomstige generaties als een “machteloze en verwaarloosde zwijgende meerderheid”, hij vindt dat financiële technieken de toekomst koloniseren, …  Gevolg is dat het boek een journalistieke toonaard krijgt. Feiten, een onderbouwde mening en een goed verhaal.

De boodschap ? “Misschien is er geen nobeler streven denkbaar dan te willen schenken aan de universele vreemden van morgen, een geschenk dat ons een plaats biedt in de grote processie van het leven, die ons verbindt met de eerste ééncellige organismen waaruit we zijn ontstaan én met datgenen waarin we de komende millennia zullen evolueren.”