Mens én natuur of mens in de natuur? De mens aan de rand, afstand nemend en overschouwend, of de mens als klein deel van een immens geheel? Of nog; antropocentrisch of ecocentrisch? In beide gevallen maakt de mens een rationele keuze. Vijf boeken die een deel van dit immense verhaal bevatten, elk een stukje inzoomend op mens & natuur. Een vleugje historie, Latour en de aarde, Monbiot en voedsel, gezondheid en natuur, en als slot ‘mag het ietsje meer zijn’.
Maïka De keyzer, Tim Soens, Christophe Verbruggen (red.),
Mens en natuur, een geschiedenis
Het boek Mens en natuur, een geschiedenis mikt op een ruim
publiek. Wetenschap met een verlaagde instapdrempel presenteren, een stevige
uitdaging. Wat opvalt, is het beeld op de omslag, een kunstwerk van René
Margritte uit 1931, La voix des aires. In de tekst wordt het omschreven als
‘drie bollen over een verder banaal landschap’. Het is opmerkelijk dat
wetenschappers kiezen voor een surrealistisch kunstwerk om hun boodschap aan op
te hangen. Ze willen vooral prikkelen om steeds naar de context van de
gebeurtenis te kijken, uitgerekend daar bevindt zich het verhaal achter de
gebeurtenis. Jammer is dat het beeld weliswaar in de inleiding wordt gebruikt,
maar in de volgende hoofdstukken wordt het niet uitgediept.
De auteurs praten niet over ‘de’ maar over ‘een’
geschiedenis: met name environmental history, ecologische geschiedenis. Het
boek bevat een tiental hoofdstukken, over klimaat, landbouw, landschap als
milieubepalende factor, water, energie, dieren en mensen, de geschiedenis van
de natuurbescherming, de geschiedenis van de milieubeweging, rampen en tot slot
natuur en economie. De hoofdstukken zijn telkens voorzien van aantrekkelijke
titels en werden geschikt als een collage. Je kan er rustig één hoofdstuk
uitnemen en de rest later lezen, en ook de volgorde is niet dwingend, onder
meer omdat er weinig dwarsverwijzingen zijn. Meer aandacht voor het kader, de
afwikkeling van het verhaal, de gebruikte termen en de motivering van de keuze
voor bepaalde (deel)onderwerpen hadden het boek echter sterker gemaakt.
Iedereen voelt aan wat natuur, landschap, milieu en ecologie zijn, maar niet
ieders aanvoelen is hetzelfde. Voor de prozaliefhebbers is het net omgekeerd.
De auteurs hebben getracht een voor het brede publiek een vlot leesbaar boek te
brengen, maar regelmatig glijdt het af in technisch-wetenschappelijke
beschrijvingen, kortom, het schommelt tussen wetenschappelijk correct en vlot
leesbaar. Om volop te genieten van een schommelstoel, is behendigheid een
voordeel.
https://www.lannoo.be/nl/mens-en-natuur
Nicolas Truong, De Aarde bewonen, Nicolas Truong in gesprek
met Bruno Latour
“Mijn collega’s die echte sociologen zijn, waren het nooit
met me eens", een uitspraak van de in oktober 2022 overleden Bruno Latour,
in gesprek met Nicolas Truong. Hij verwijst hier naar een ‘collectief project’,
mensen om je heen verzamelen, iets wat hem altijd boeide. In het project
pleitte Latour ervoor verbindingen te maken tussen zaken die weinig gemeen
lijken te hebben, zoals bijvoorbeeld microben, rivieren, het parlement en
rechtspersoonlijkheid voor natuur. Juist hier schuilt de kracht van Latour; mensen
samenbrengen en verbindingen maken tussen de natuur- en sociale wetenschappen.
Belangrijk voordeel van het boek is dat je niet zelf alle gedachten van Latour
moet doorgronden; Truong heeft dat al voor je gedaan, verder bouwend op een
film die hij eerder over Latour maakte. Latour heeft velen geïnspireerd. Hij
heeft er bewust (uiteraard, het blijft een filosoof) voor gekozen om zijn
gedachten zo goed mogelijk te verspreiden. Hij grossierde in eredoctoraten, die
ongetwijfeld zijn invloed versterkten. Er zijn vandaag weinig filosofen die een
boek schrijven zonder naar Latour te verwijzen.
Het boek heeft een lang voorwoord en twaalf onderwerpen. Het
is de neerslag van een aantal interviews die Truong afnam van Latour in 2021;
achteraf bekeken is het zijn ‘intellectueel testament’. De rijpere Latour deed
zijn ideeën minder gecompliceerd uit de doeken, dan hij dat oorspronkelijk
deed. Inhoudelijk wordt er, uiteraard, stilgestaan bij zijn ideeën over Gaia en
James Lovelock, de bewoonbaarheid van de planeet, de onderlinge afhankelijkheid
van alle wezens, zijn eeuwige zoektocht, het voortdurend verzamelen van mensen
om zich heen, de noodzaak om af te stappen van de idee dat alles wat
wetenschappers zeggen per definitie wetenschappelijk is, de wereld van het virus,
…
Helemaal achteraan vraagt Truong aan Latour wat hij als
boodschap meegeeft aan zijn kleinkinderen, waarvan Lilo er eentje is. “Het is
niet de taak van een grootvader, noch van een filosoof om onheilsprofeet te
zijn. Het wordt zwaar gedurende twintig
jaar, maar ik vermoed dat men in de daaropvolgende twintig jaar een manier
heeft gevonden om de draad van het beschavingsproces, dat onderbroken werd in
de periode waarin we nu zitten, weer op te pakken. En als ik me voorstel dat ik
Lilo over veertig jaar terugzie, dan blikken we op dat moment samen
‘historisch’ terug op die periode van ontkenning, onwetendheid en onbegrip van
de ecologische situatie waarin we ondergedompeld zaten gedurende de tijd die ik
de moderne parenthese noem. We zullen samen naar die periode kijken als iets
vreemds, zoals je vandaag kijkt naar de dertiende-eeuwse rooms-katholieke kerk,
gedomineerd door pauselijke macht, een volkomen vreemde verschijningsvorm die
toen heel belangrijk was en waardoor indertijd prachtige dingen werden gemaakt,
maar die nu ontegenzeggelijk is afgelopen. Dat is het allerbeste wat ik Lilo
kan toewensen.”
Een boek waarvoor je je tijd moet nemen.
https://octavopublicaties.nl/boeken/de-aarde-bewonen-1
“Ik zorg ervoor dat mijn gereedschap altijd goed geslepen
is”, zegt Monbiot. Hij amuseert zich met het onderhoud van zijn eigen
boomgaard, nabij zijn werkplaats Oxford. Hij is trots dat hij zelf het gras met
een zeis maait. De kneepjes van het vak leerde hij van Angela, een tachtig jaar
oude Servische vluchteling. Monbiot, opgeleid als dierkundige en een gedreven
milieuactivist, schrijft graag en veel,
onder meer voor The Guardian, en is ook actief in de filmwereld. Het boek
Regenesis verscheen in 2022 in het Engels, in 2023 verscheen de vertaling in
het Nederlands. Zijn pen hanteert hij zoals de zeis: vlijmscherp. “Het gemaaide
gras viel strak naar één kant, alsof ieder sprietje op zijn plek was gekamd”.
Voor hem is er maar één allesomvattend milieuprobleem: de landbouw, of
nauwkeuriger, het mondiale voedselsysteem.
Een van de vele sterktes van het boek is dat wetenschapper
Monbiot er voor de lezer tientallen kilo’s publicaties in heeft verwerkt. Hij
reikt ook een oplossing aan. Onze kijk op voedsel wordt gedomineerd door fabels
en beeldspraak, wat ertoe leidt dat we een geïdealiseerd en vereenvoudigd beeld
hebben van onze planeet, en ons catastrofale fouten doet maken. Niet
klimaatverandering, maar het verlies aan biodiversiteit en de grootschalige productie
en consumptie van dierlijke eiwitten zijn de grootste bedreiging. De groei van
de wereldwijde veestapel is meer bedreigend voor de planeet dan de groei van de
wereldbevolking. Hij legt uit hoe het kapitalisme het voedselsysteem beheerst,
wat de politieke verantwoordelijkheid is van de Europese Unie en hoe traag de
eiwittransformatie gaat. Hij begint zijn verhaal met de beschrijving van een
kluitje bodem uit zijn boomgaard en zet geleidelijk de stap naar het immense
grondbeslag van de landbouw. De biolandbouw is in hetzelfde bedje ziek en kan
bij hem niet op waardering rekenen. Monbiot kiest voor bacterieculturen, nieuwe
culinaire tradities en biedt ruimte voor rewilding. En voor zijn eigen
boomgaard, die gemeenschappelijk eigendom is.
https://www.starfishbooks.org/george-monbiot-regenisis/
Paul Jepson & Cain Blythe, Rewilding, de vernieuwde
wetenschap van ecologisch herstel
Het voorvoegsel ‘re-’ zegt ‘opnieuw’: dit is het verhaal van
een tweede kans, nadat je de eerste verspeelde. Gelukkig dat die tweede kans
bestaat. De auteurs stellen dat “rewilding verwijst naar ‘ruimten van
innovatie’ in de natuurbeschermingsfilosofie, - wetenschap en het natuurbeheer,
gekenmerkt door de wens om ecosysteemprocessen op verschillende schaalniveaus
te herstellen, vaak door de introductie van functionele soorten en het herstel
van natuurlijke verstoring en verspreiding.” – een hele boterham dus. Het boek
verscheen in 2021, de vertaling in het Nederlands volgde in 2024. De auteurs
zijn wetenschappers en maakten een wetenschappelijk boek met data, tabellen,
schetsen, figuren en tekeningen, telkens met een moderne lay-out. Stichting Ark
droeg bij aan het boek.
Het uitgangspunt is dat natuurbeheer de afgelopen tientallen
jaren ontoereikend geweest is. Je leert over megaherbivoren, het verschil
tussen C3 en C4-grassen, hoe koolstofdatering werkt, de pleistocene rewilding,
de impact van de commerciële jacht, de living plant index, de trofische cascade
van Yellowstone, een overzicht van de verschillende versie van rewilding, hoe
je een rivier kan rewilden, een vergelijking van rewilding en
‘restauratie-ecologie’, een vergelijking van een herstelbare aarde en een eindige
aarde, en ga zo maar door. Ze sluiten het boek af met 10
rewildingsvoorspellingen: de terugkeer van de megaherbivoren, stedelijke
rewilding en rewilding op basis van data in plaats van theorie. Klinkt
veelbelovend. De vormgeving oogt aantrekkelijk, de inhoud is wetenschappelijk,
de taal informatief. Een stevige brok dus.
https://noordboek.nl/boek/rewilding/
Agnes van den Berg, Dichter bij de natuur
Met zo’n titel verwacht je je misschien aan een verhaal van
bloemetje en bijtjes, kruiden hier en daar en wat vluchtige spirituele
gedachten? Fout gedacht: je krijgt wetenschap in een toegankelijk boekje,
gestaafd met een stevige stapel bronnen, en gesteund op jarenlange ervaring,
opgebouwd op diverse plaatsen. Van den Berg was hoogleraar en runt nu een eigen
praktijk. Wil je weten waarom je arts je best een ‘natuurbad’ voorschrijft?
Lees dit boek en je vindt antwoorden. Je leest hoe de natuur je helpt om je
stress aan te pakken, hoe magische momenten te beleven en hoe je ongedwongen
een stap kan zetten naar spiritualiteit. Zorg voor de natuur en de natuur zorgt
voor jou.
Agnes van den Berg legt uit dat de visuele waarneming
dominant is bij de natuurervaring, dat natuur een empirisch meetbare
stressbestrijder is, hoe de natuur er precies in slaagt om opnieuw ‘ruimte in
je hoofd’ te maken, hoe ze het immuunsysteem beïnvloedt, maar ook dat het
rustgevende effect van nepnatuur en echte natuur erg op elkaar gelijken.
Spiritualiteit ziet ze als een levenshouding. Ze neemt afstand van survival
tv-reeksen, waar ze zelf ooit aan deelnam. Ze verduidelijkt de term
‘natuurmagie’ (verstilling, verbinding en verwondering) en zet geleidelijk de
stap naar ‘natuurwijsheid’, gesteund door haar wetenschappelijke inzichten. Ze
voegt nog een uitdaging toe, een praktische oefening om zelf aan te beginnen.
Als wetenschapper kan ze niet anders dan begrippen als ‘hippocampus’ en
‘amygdala’ aan te raken, maar de kracht van het boek is de onderbouwde eenvoud.
https://www.vonkuitgevers.nl/dichter-bij-de-natuur/
Verschenen op de site van BBL op 30 augustus 2024
https://www.bondbeterleefmilieu.be/artikel/mens-natuur-mens-5-natuurlijke-boekentips