donderdag 21 december 2023

Treurwil

Rik Van Puymbroeck



Ken jezelf schreef Tinneke Beeckman. Wat deed hij? Hij zocht en onderzocht, hij trok op pad en verbleef, hij praatte en confronteerde, hij beleefde en ervaarde, hij onderging en initieerde, hij schreef en schreef en tot slot pleisterde hij en polijstte. De auteur vond zichzelf. “Rik”. ‘Als de drang om smart te delen al te groot wordt, ga je daar begrijpelijk van schrijven’, een zin die Rik Van Puymbroeck ooit bij Herman de Coninck ontmoette en graag citeerde. Rik Van Puymbroeck schreef een boek, een boek met als titel “treurwil”, een nieuw woord voor als je wil blijven treuren, als je de doden niet wil loslaten. Een vriend van hem maakte er een werkwoord van, “treurwillen”. Treurwil is een woord dat zonder meer een plaats verdient in ‘Het Grote Ontbreekwoordenboek’ van Rick De Leeuw en Ruud Hendrickx.

Rik Van Puymbroeck is journalist, werkte voor diverse kranten en schrijft vandaag hoofdzakelijk voor De Tijd. Dagelijks maakt hij een artikel onder de titel ‘Nergens zonder weg’, met een markante foto en één kanttekening over ‘de kleine dingen des levens’. Zoals hij zelf schrijft: “ we keken mee en deelden een gedachte” (nergens zonder weg in Oostende, DT 15/12/2023). Daarnaast vind je boekbesprekingen en interviews waarin hij telkens ook een inkijk in zijn eigen leven gunt. Zijn appartement is een boekenresort, stapels & stapels, veeleer chaotisch dan geordend. Als taalliefhebber, zeker ook van de Franse taal die hij adoreert, refereert hij graag naar Cees Nooteboom, Remco Campert, Connie Palmen en Herman de Coninck, althans als hij hun boek (terug)vindt.

Hij beschrijft eenvoudige, moeilijk te beschrijven emoties. Rouw, verlies, … Schroom heeft hij opgeborgen, althans na een lange moeizame strijd. Het boek is autobiografisch, openhartig en authentiek. Als begenadigd verteller en gedreven interviewer weet hij dat je indringende vragen moet stellen, vragen die hij in het boek aan zichzelf voorlegt, en dan schuifelt hij. Wat hem vooral voortdurend treft, is de wijze en de snelheid waarmee rouw onder de mat geveegd wordt. Jammer, want verlies van dierbaren laat je nooit los en bepaalt mee hoe je in het leven staat. Juist daarom verkiest hij om een woord toe te voegen aan ‘Den Dikken’, namelijk “treurwil”. Speels zoals enkel een bekwaam auteur kan zijn, legde hij diverse verbanden tussen treurwil en treurwilg, hier en elders, vroeger en later, afstervend en opgroeiend. Rouw is rauw.

https://www.debezigebij.nl/boek/treurwil/