Kristof Kramon
‘De kunde van het afzien’, het spieken, was een gegeerde
vaardigheid tijdens de puberjaren. Creativiteit en lef speelden mee, en vooral
het opzoeken van de grenzen. Bekwame ‘afzieners’ oogstten aanzien, er werd naar
opgezien, en toch was het ongewenst. De ‘kunst van het afzien’ is een ander
verhaal. Kramon, actief in de filmwereld, adoreert wielrenners die grenzen
opzoeken, en regelmatig overschrijden. Een fietshelm die volledig besneeuwd en
beijzeld is, modder, regen, Wout van Aert die uitgeteld op het kille wegdek
ligt, een renner die tijdens een beklimming zijn vingertoppen over een immense
sneeuwwand laat glijden, …
Aangenaam is dat Kramon ook uitlegt waarom hij een bepaald
beeld of kadrering verkiest. Renners die de toeschouwers achterlaten, enkele gestalde
koeien met renners die op de achtergrond voorbij zoeven of Kramon in de gracht,
tussen het riet, wachtend op Remco tijdens een tijdrit opdat hij de renner
exact tussen twee rietstengels op het beeld kan vastleggen. ‘De koers is van
ons’ is een veelgebruikte slogan maar het zijn niet enkel de wielerprofs die de
grenzen aftasten. Elke dag stappen honderdduizend, onbewuste en bewuste
bewegers op die fiets, zon, wind, regen, modder, onweer, hagel, sneeuw, ijzel,
het maakt niet uit. Trappen maar, nooit uitgesloten dat afzien kunst wordt. Voor
de uitgave werkte Luster samen met Laurence King Publishing. De oorspronkelijke titel luidde: “The art of
suffering – Capturing the Brutal Beauty of Road Cycling”.